Terug

'Hoe ziet Badminton Nederland er over 5 jaar uit?' We zijn in gesprek met bondsbestuurslid Ton Wijers

​Bondsbestuurslid Ton Wijers geeft antwoord op een belangrijke vraag... ‘Hoe ziet Badminton Nederland er over 5 jaar uit?’

Als je anno 2018 bestuurslid bent van een sportbond, dan is dat beslist geen sinecure. Uiteraard mogen we er van uitgaan dat ieder bestuurslid (en elke andere vrijwilliger) met ongekend veel passie de benodigde tijdsinvestering wil doen en dat het gaat om liefde voor de sport, maar… het gaat wel om grote belangen. 

Dat geldt voor elke sportbond. 

Dus ook voor Badminton Nederland.

In de interviewcyclus met de bondsbestuursleden nu een gesprek met Ton Wijers. We filosoferen over een belangrijke vraag: ‘Hoe ziet Badminton Nederland er over 5 jaar uit?’

“Eigenlijk ben ik elke dag bezig met dit vraagstuk,” zo start Ton Wijers, in het dagelijks leven accountant bij zijn eigen kantoor in Schiedam. “Het gaat namelijk om ons bestaansrecht. En, het bestaansrecht van onze sport in Nederland.”

Tijdgeest

“Verenigingen staan momenteel voor enorm grote uitdagingen. Is het lidmaatschap van een vereniging nog wel iets waar individuele badmintonliefhebbers structureel behoefte aan hebben? Spelen we nog wel genoeg in op wat de werkelijke vraag vanuit de markt is? De huidige tijdgeest is dat mensen willen sporten waar en wanneer zij dit willen. Voor één enkele vereniging is het lastig om hierop in te spelen, maar samen kunnen we wel nieuwe dingen bedenken om de markt te veroveren."

Werkgroep Nieuwe Verdienmodellen

“Uiteraard kan niemand de toekomst voorspellen, maar wij kunnen wel inspelen op wat er in de maatschappij speelt. Niets doen is geen optie. Dit besef leeft gelukkig breed in onze organisatie en er zijn inmiddels meerdere initiatieven gestart om een antwoord te formuleren op de veranderende marktomstandigheden."

"Zo ben ik zelf met veel plezier lid van de werkgroep Nieuwe Verdienmodellen. Ik heb heel veel affiniteit met dit onderwerp. Het is fantastisch om met andere gemotiveerde vrijwilligers, die ook veel tijd in dit thema investeren, van gedachten te wisselen en stappen te maken.”

“En, ook kritisch op elkaar te zijn. Er worden soms stevige discussies gevoerd. Ik denk echter wel dat we ‘anders’ moeten gaan denken. Als je blijft denken op de wijze waarop je het altijd deed, dan wordt het heel lastig om je eigen bestaansrecht in stand te kunnen houden.

Communicatie

Volgens Ton wordt communicatie steeds belangrijker. Veel draait immers ook om beeldvorming. 

“De technologische ontwikkelingen bieden ons ook die mogelijkheden. Maar uiteraard gaat het er dan ook om wát we precies gaan vertellen. En, welke woorden gebruiken we? Ik denk dat we ons ‘badmintonverhaal’ anders moeten vormgeven. En, wij zullen ook veel meer dat verhaal aan individuele badmintonners moeten gaan vertellen."

"Laatst zag ik op de website van de ‘Zwolse Badmintonclub’ een heel leuk inspirerend youtube filmpje 'Smash Up! Badminton Turn up'. Dat is nou eens een hele sterke manier om onze sport onder de aandacht van de jeugd te brengen. Ik denk dat wij met zulke ideeën elkaar nog veel meer kunnen inspireren."

"Natuurlijk helpen we de verenigingen graag verder met alle uitdagingen waar zij voor staan. Maar in z’n algemeenheid zullen we het principe van het aanbod gestuurd werken verlaten en meer vraag gericht gaan handelen. Focus op de individuele badmintonners dus. Zowel diegenen die de sport al actief – en bijvoorbeeld bij een vereniging – beoefenen als al diegenen die zo af en toe eens het racket oppakken. Daar liggen écht de kansen voor de toekomst.”

Calimero?

Ton is er echter tegelijkertijd van overtuigd geraakt dat we met z’n allen de sport beter kunnen  verkopen. 

“Misschien vertonen we iets te veel Calimerogedrag:  'Zij zijn groot, wij zijn klein'? Ja, we zijn een relatief kleine bond. Ik weet het. Dat beperkt ons ook in onze middelen. Maar accentueren we de kracht van de sport wel goed genoeg? Waarom wordt onze sport niet vaker als gymles ingezet op scholen? Moeten we niet een (ander?) verhaal vertellen aan sportdocenten? Ieder kind maakt bijvoorbeeld kennis met honkbal en softbal bij de gymles. Maar… zijn dat nu sporten waar zo ontzettend veel in wordt bewogen?"

"Nee. Bij honkbal en softbal sta of zit je bijna de gehele tijd stil. Badminton is continu bewegen. Dat is toch veel meer ‘gym’ zoals een gymles zou moeten zijn?”

 “Hoe Badminton Nederland én de sport er over vijf jaar uitziet, vind ik dus op dit moment nog lastig om te zeggen. Ik heb het antwoord niet. Maar ik weet wel dat wij – met z’n allen – degenen zijn die het antwoord bepalen. Wij zijn zelf onze eigen toekomst.”

Bekijk ook

Je maakt gebruik van een verouderde browser!

Update je browser om deze website correct weer te geven. Update mijn browser nu

×